Schade aan het gehuurde gedurende de huurperiode – Updates

Laatst bijgewerkt op 2023-07-16 om 12:42:18

  • Bijgewerkt 8 september 2011. De rechtbank Almelo, sector kanton, locatie Enschede, vonnis van 30 augustus 2011 LJN: BR6251, Rechtbank Almelo, 360.980 CV EXPL 10-15366 , schade door diestal rolsteiger kan de huurder niet worden toegerekend.
  • Bijgewerkt 6 september 2013. De Hoge Raad heeft in haar arrest van 22 juni 2007 ( ECLI:NL:HR:2007:AZ8743). Invulling risicoaansprakelijkheid.
  • Bijgewerkt 26 februari 2015. De kantonrechter van rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, was in haar vonnis van 21 januari 2015 ECLI:NL:RBNHO:2015:1391 van mening dat schade aan de buitenzijde van de woning die is veroorzaakt door een politie-inval de huurder niet kon worden toegerekend.
  • Bijgewerkt 4 mei 2015. Aanvulling onderdeel: “Aansprakelijkheid van huurder voor schade aan het gehuurde” met schade aan het gehuurde (uitgewaaid raam). Verantwoordelijkheid huurder.
  • Bijgewerkt 24 augustus 2016. Schade aan de woning door het vervoeren van een omvangrijke huurder over het balkon en het daartoe noodzakelijke slopen van een deel van de borstwering kwam naar het oordeel van de rechtbank Rotterdam in haar vonnis van 13 maart 2015 ECLI:NL:RBROT:2015:1899 krachtens verkeer geldende opvattingen voor rekening van de huurder.
  • Bijgewerkt 2 oktober 2016. De rechtbank Overijssel was in haar vonnis van 23 februari 2016 ECLI:NL:RBOVE:2016:787 van oordeel dat schade aan gehuurde licht- en geluidsapparatuur naar verkeersopvattingen voor rekening van de huurder diende te blijven.
  • Bijgewerkt 16 juli 2017. Dat een schade aan een pand door brand als gevolg van gedrag van de huurder voor de verhuurder toch nog lastig is te bewijzen, ook als de aansprakelijkheid voor de hand lijkt te liggen, wordt aangetoond door het arrest van de Hoge Raad van 17 juli 2017 ECLI:NL:HR:2017:1353 . De Hoge Raad komt tot oordeel dat het hof haar arrest niet voldoende heeft gemotiveerd. Het hof was van oordeel dat er zoveel onzekerheid over het causaal verband was blijven bestaan dat dit verband niet kon worden aangenomen. Dat oordeel was volgens de Hoge Raad zonder nadere motivering onbegrijpelijk, nu uit die omstandigheden zonder meer kan volgen dat de brand is veroorzaakt doordat de vlam is geslagen in een pan met brandbaar materiaal en het hof niet in de motivering van zijn oordeel heeft betrokken hoe waarschijnlijk het is dat de brand door een andere oorzaak is ontstaan.
  • Bijgewerkt 25 januari 2022. In een zaak die heeft geleid tot het arrest het hof te Amsterdam van 10 augustus 2021 (ECLI:NL:GHAMS:2021:2430) werd de aansprakelijkheid van brandschade besproken. Volgens het hof moet geconcludeerd worden dat niet is gebleken dat de oorzaak van de brand aan de huurder  is te wijten. Het gevolg was dat de verhuurder, op wie het bewijsrisico rustte, de procedure verloor.
  • Bijgewerkt 15 januari 2023. De rechtbank Rotterdam was in het vonnis van 16 december 2022 (ECLI:NL:RBROT:2022:11260) van oordeel dat de huurder aansprakelijk was voor schade door hennepteelt. Deze schade was veroorzaakt tijdens zijn afwezigheid door een bewoner. De bewoner was uiteraard niet gedisculpeerd vanwege zijn afwezigheid.
  • Bijgewerkt 29 mei 2023. De rechtbank Rotterdam wees in het vonnis van 17 februari 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:1370) de vordering tot ontruiming toe wegens gedragingen door derden aan het gehuurde. Ook nevenvorderingen zoals boete en proceskostenvergoeding werden toegewezen.
  • Bijgewerkt 29 mei 2023. De rol van de huurder blijkt uit het arrest van het hof te Den Bosch van 24 maart 2020 (ECLI:NL:GHSHE:2020:1063). Schade door derden. Het hof overwoog in dit arrest dat “Beslissend is of geoordeeld moet worden dat de huurder zich, in het licht van die gedragingen, zelf niet als een goed huurder heeft gedragen.
  • Bijgewerkt 4 juni 2023. De Hoge raad heeft in zijn arrest van 26 mei 2023 (ECLI:NL:HR:2023:775) een beoordeling gegeven over de uitleg van artikel 7:218 BW. De kern van de uitspraak is dat de formulering van artikel 7:218 BW inhoudt dat het vermoeden tevens het tekortschieten zelf betreft.
  • Bijgewerkt 16 juli 2023. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 7 juli 2023 (ECLI:NL:HR:2023:1059) zich moeten buigen over de vraag bij wie de bewijslast ligt bij optredende schade tijdens de huurperiode. In deze zaak werd een werd een auto van het merk Lamborghini door huurder gehuurd. De huurder moet bewijzen dat de schade niet door zijn tekortschieten is ontstaan.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.