Beknopte handleiding procederen – De rol van de deskundige in het kader van de bewijsvoering

Laatst bijgewerkt op 2019-10-04 om 22:26:28

Als bewijs niet door getuigen, maar door deskundigen moet worden geleverd kan de rechter op verzoek van een partij of op eigen initiatief een bericht van een deskundige of een verhoor van een deskundige bevelen (artikel 194 RV).

De deskundige wordt na overleg met de partijen door de rechter benoemd. Tegen deze benoeming staat geen hogere voorziening (hoger beroep) open.

De kosten van de deskundige

De rechter vraagt de deskundige voorafgaande aan zijn werkzaamheden om zijn kosten te begroten. De eisende partij dient het voorschot aan de griffie uit te betalen (artikel 195 RV). Dit zijn proceskosten. Als de eiser gelijk krijgt dan worden deze proceskosten aan de andere partij doorbelast. Deze kosten kunnen een flinke rem vormen op het voeren van een procedure. Het inschakelen van een deskundige is prijzig. Het voorschot van een deskundige kan op duizenden euro’s  komen te staan. Als u een rechtsbijstandverzekering heeft zijn de kosten van een procedure vaak door deze verzekering gedekt. Aangezien de kosten van het inschakelen van een deskundige na aanwijzing van de rechter als proceskosten gezien moeten worden, kunt u deze kosten veelal bij uw rechtsbijstandverzekering claimen. De kosten van een deskundige die u in gezamenlijk overleg met de verhuurder heeft uitgezocht behoren niet tot proceskosten en zullen daarom niet door uw rechtsbijstandverzekering worden vergoed. Als de kosten van het inschakelen van een deskundige in gezamenlijk overleg ook een aanzienlijk bedrag kosten kunt u de volgende afweging maken: de kosten van de deskundige komen voor de partij die in het ongelijk wordt gesteld, of u laat in het kader van een procedure een deskundige benoemen, waardoor de proceskosten door uw rechtsbijstandverzekering vergoed dienen te worden.

De griffier betaalt het bedrag van het gestorte voorschot aan de deskundige. Als dit bedrag niet toereikend is, wordt voor het resterende bedrag een bevelschrift van de tenuitvoerlegging gegeven ten laste van de partij die ook het voorschot moest betalen.

De termijnen in het kader van het onderzoek

De rechter bepaalt wanneer de deskundige met het onderzoek moet beginnen. De rechter bepaalt ook wanneer het onderzoek moet worden afgerond.
De rechter kan de datum waarop het onderzoek moet worden ingediend op verzoek van de deskundige verlengen.

De rol van de deskundige

De rol van een deskundige lijkt noodzakelijk als bijvoorbeeld de gebreken in een woning in kaart moeten worden gebracht. De deskundige dient de rechter van informatie te voorzien binnen het kader van de tussen partijen gevoerde discussie voor de rechter. De deskundige krijgt van partijen te horen waar hij met name onderzoek naar moet doen. Partijen stellen ook de vraagstelling op waarbinnen de deskundige onderzoek dient te doen.

De deskundige werkt als volgt (artikel 198 RV):

  • de deskundige aanvaardt de opdracht onpartijdig en naar beste weten;
  • de deskundige stelt zijn onderzoek in, hetzij onder leiding van de rechter, hetzij zelfstandig;
  • partijen moeten gelegenheid krijgen opmerkingen te maken en verzoeken te doen;
  • partijen zijn verplicht medewerking te verlenen aan een onderzoek door deskundigen;
  • het bericht van de deskundige wordt ondertekend. De rechter zal de bevindingen van de deskundige eerst voorleggen aan partijen. Partijen ontvangen dan het concept-rapport en zij kunnen hierop een reactie geven. De deskundige kan het concept-rapport dan eventueel aanpassen en zal vervolgens het definitieve rapport opmaken

Voor de goede orde merk ik hier over de benoeming van een deskundige artikel 7:304 BW niet valt onder de regeling van artikel 194 Rv e.v. Het gaat hier immers om een advies waaraan partijen niet zijn gebonden. Ik noem hier met name de benoeming van een deskundige ex artikel 7:304 BW, omdat de benoeming van deze deskundige in het huurrecht in het kader van de huurprijsherziening voor winkelbedrijfsruimte (artikel 7:290 BW-bedrijfsruimte) regelmatig voorkomt en er nogal eens ten onrechte de regeling van artikel 194 Rv e.v. aan de benoeming van een deskundige ex artikel 7:304 BW wordt toegedicht. Zie meer over dit onderwerp het onderdeel: “De verzoekschriftprocedure en de benoeming van een deskundige“.